top of page

Ontruimingsbescherming bij 230a-ruimte: wat mag de verhuurder en wat kan de huurder doen?

  • mr. Kumar
  • 17 jun
  • 2 minuten om te lezen

Bijgewerkt op: 26 jun

Ontruiming

Voor huurders van kantoren, loodsen of praktijkruimten gelden andere regels dan voor winkels en horeca. Deze ‘overige bedrijfsruimte’ valt onder artikel 7:230a BW. Bij opzegging heeft de huurder beperkte bescherming, maar dat betekent niet dat hij zomaar op straat gezet kan worden.


In dit blog leggen we uit:

  • Wat ontruimingsbescherming is;

  • Welke termijnen gelden bij opzegging;

  • Hoe u als huurder verlenging kunt aanvragen;

  • Waar verhuurders op moeten letten bij het beëindigen van de huur.


Wat is 230a-ruimte precies?

230a-ruimte is de verzamelnaam voor bedrijfsruimten die niet vallen onder artikel 7:290 BW, zoals:

  • Kantoorruimte

  • Opslagruimte

  • Showrooms zonder directe verkoop

  • Praktijkruimten (bijv. voor therapeuten, zorgverleners)

  • Ateliers of studio’s


Voor deze ruimten geldt geen uitgebreide huurbescherming zoals bij winkels of horeca. Maar de huurder kan tijdelijke ontruimingsbescherming aanvragen bij de rechter.


Hoe werkt ontruimingsbescherming (art. 7:230a BW)?

Als de verhuurder de huur opzegt, is de huurder doorgaans verplicht het gehuurde te ontruimen op de afgesproken datum. Toch biedt artikel 7:230a BW de huurder de mogelijkheid om:

  1. Binnen één maand na de ontruimingstermijn een verzoekschrift in te dienen bij de kantonrechter;

  2. Daarmee wordt de ontruiming automatisch uitgesteld met maximaal twee maanden;

  3. De rechter kan die termijn vervolgens verder verlengen tot maximaal één jaar;

  4. In uitzonderlijke gevallen kan er zelfs een extra verlenging volgen, maar dat is maatwerk.


De bescherming is bedoeld als tijdelijke ademruimte, niet als blijvend recht op voortzetting van het gebruik.


Procedure voor verlenging

De huurder moet binnen 1 maand:

  • Een verzoekschrift indienen bij de kantonrechter;

  • Daarin gemotiveerd aangeven waarom verlenging noodzakelijk is;

  • Bijvoorbeeld vanwege overmacht, geen beschikbaar alternatief, of financiële belangen.


De rechter weegt dan:

  • De belangen van huurder (bijv. voortzetting bedrijfsactiviteiten);

  • Tegenover de belangen van de verhuurder (bijv. verkoop of nieuwe verhuur);

  • De redelijkheid van de verzochte termijn.


Als de huurder te laat is met het verzoek of geen verlenging krijgt, mag de verhuurder het gehuurde laten ontruimen.


Aandachtspunten voor verhuurders

  • Geef duidelijk en tijdig aan wanneer de huur eindigt;

  • Houd rekening met de mogelijkheid dat de huurder ontruimingsbescherming aanvraagt;

  • Begin pas met plannen voor sloop, verbouwing of nieuwe verhuur ná afloop van de ontruimingsbescherming, anders loopt u risico op vertraging;

  • Leg het huurcontract en de opzeggingsbrief juridisch goed vast. Procedurefouten kunnen tot uitstel leiden.


Conclusie: beperkte bescherming, maar niet rechteloos

Huurders van 230a-ruimten hebben geen standaard recht op verlenging van hun huurcontract, maar kunnen via de rechter wel uitstel van ontruiming krijgen. Dit biedt een korte periode om een alternatieve ruimte te vinden of bedrijfsactiviteiten af te wikkelen. Verhuurders moeten rekening houden met deze juridische rem.


Vragen over ontruiming of verlenging van 230a-huur?

Wilt u als verhuurder een kantoor- of praktijkruimte beëindigen? Of heeft u als huurder behoefte aan extra tijd om te verhuizen of uw onderneming af te ronden?


Clavix adviseert beide partijen over ontruimingsprocedures, beëindiging van huurovereenkomsten en het aanvragen van ontruimingsbescherming.


Laat je juridisch begeleiden bij opzegging of verlenging en vóórdat de ontruiming een feit is. Neem nu contact op.

bottom of page